Familiebanden en gezinsperikelen: dat klinkt gezellig en warm, maar de werkelijkheid ligt vaak toch heel anders. Filmmaker Laura Plancarte kan daarover meepraten. En deed ze ook, met collega Tom Fassaert en de online aanwezige Videoland Academy-deelnemers op de IDFA Industry Talk.
Door: Anton Damen
Documentaires kunnen een brug slaan in onze gepolariseerde maatschappij van vandaag de dag. De Mexicaanse filmmaker Laura Plancarte vertelde in de Videoland Academy Industry Talk op IDFA 2020 hoe zij moeilijke onderwerpen, scènes en hoofdrolspelers juist níet uit de weg gaat maar altijd eerlijk en respectvol benadert. Het resultaat is niet alleen een indrukwekkende, schurende film als haar Non Western (en de voorgangers Tierra Caliente en Hermanos) maar ook catharsis bij geportretteerden én maker. Gesprekspartner Tom Fassaert (wiens A Family Affair over de verstoorde verhoudingen binnen zijn eigen familie vijf jaar geleden de officiële openingsfilm van het festival was) toonde zich in enthousiaste geestverwant en geïnteresseerde interviewer. Daardoor kreeg het live streaming evenement (Laura vanuit Londen, Tom vanuit Amsterdam en het publiek vanuit het eigen huis) toch de intieme lading die je associeert met een normaal zaalgesprek. Speciaal voor de geselecteerde Videoland Academy-filmmakers was er een exclusieve bonussessie, waarin ze hun scenario’s, voortgang, dilemma’s en onzekerheden in alle vrijheid aan Laura konden voorleggen.
Non Western is Laura’s derde lange documentaire en volgt twee geliefden die beiden zijn geadopteerd door families uit een andere cultuur. Net als hij haar vorige werk wordt Non Western naast de familiethematiek ook gekenmerkt door de sterk filmische benadering. Niet toevallig, want Plancarte is naast filmmaker ook visual artist. “Door visuele en auditieve metaforen in mijn werk te brengen, kan ik zaken tot uiting brengen die niet letterlijk zijn. Een production designer vertelde me ooit dat concepten niet op het scherm overkomen. De kruising tussen de beeldende en visuele kunst en film kan dat wel: emoties en beeldsuggesties verrijken de kijkervaring en geven meer informatie dan al die informatielagen apart zouden kunnen.” Het is natuurlijk een geweldig middel om het onzichtbare spanningsveld binnen families toch over te brengen.
Ook in de personages van haar documentaires zoekt Laura de nuance. Sterker nog: dat is de reden waarom ze zich tot hun verhalen aangetrokken voelt. “Onze realiteit wordt geschapen door tonen, kleuren en schaduwen. Zwart en wit bestaat nauwelijks, hoewel de wereld wel maar al te vaak in die gradaties wordt neergezet. Het is een menselijke hunkering naar eenvoud, maar ik geloof heilig in dat situaties, mensen en familierelaties complex zijn.” Door die attitude kan Laura documentaires maken over mensen als Vanessa – een Trump-aanhangster die zich racistisch uitlaat over Mexicaanse immigranten. Dat schuurt natuurlijk, zowel in haar film als persoonlijk, maar daarom is het volgens haar des te meer zaak om ook andere kanten van iemands persoonlijkheid te tonen. Leukere of mooiere kanten, juist ómdat de zaken niet zwart-wit zijn en omdat we “moeten proberen om mensen te begrijpen, niet te veroordelen.” Zo bezien draait filmmaken niet alleen om het eindresultaat op het doek, maar is het een proces. “Een reis, voor hen én voor mij, met politieke en maatschappelijke problemen als achtergrond. Samen die reis maken, kan helend zijn. Want er is meer dat we gemeenschappelijk hebben dan dat wat ons deelt. Als je dat beseft, weet je dat we op die manier bruggen kunnen slaan tussen elkaar, hoe verschillend we ook zijn.”
Daarbij is het zaak dat je je als regisseur ethisch opstelt. Dat betekent concreet de geportretteerden niet exploiteren, en ook durven om open kaart te spelen met het risico dat de samenwerking ten einde komt. Laura’s ervaring leert dat als je eerlijk bent, het eigenlijk altijd beter uitpakt: voor de filmmaker persoonlijk, voor de anderen en voor de eindversie van de film. Als documentairemaker moet je niet alleen open staan voor andersdenkenden, maar ook voor de realiteit zoals die zich aandoet. Dat ze een gedetailleerd scenario volgens de klassieke drieaktestructuur- maakt, doet daar geen afbreuk aan. “Juist door helemaal voorbereid te zijn op wat er mogelijk kan gebeuren kun je anticiperen op de situatie zoals die zich openbaart.” Het treatment is dus meer dan een noodzakelijk kwaad om de financiering binnen te slepen, maar ook vereist huiswerk dat je beter in staat stelt om op het moment te reageren en van het eerder bedachte af te wijken. Het is daarnaast een gereedschap om de ideale voedingsbodem voor hét moment te kweken en zo de werkelijkheid te sturen. Zo was de zeer beladen sleutelscène van Tierra Caliente, met twee broers in de auto en de moeder en de filmmaker op de achterbank, allesbehalve toeval. “Ik wist dat het drietal op reis zou gaan. Als filmmaker was het sneller en makkelijker geweest om het vliegtuig te nemen. Goedkoper ook. Maar ik wist dat als het gezin twee dagen lang met elkaar in zo’n beperkte ruimte als een auto zouden zitten, de opgekropte emoties er onvermijdelijk uit zouden komen.” Als filmmaker was ze daar dus op voorbereid en had de camera draaiend voor het moment suprême -bijna als vierde familielid. Desalniettemin werd ze toch nog overrompeld door de heftigheid van de uitbarsting. “We kregen bijna een botsing.” Als documentairemaker kun je nu eenmaal niet álles voorzien. Soms moet je gewoon geloven in de goede afloop.